Proverbs 16:15
39) het licht Versta, het vriendelijk gelaat, waardoor de koning iemand gunst aanziet; vergelijk boven de aantekening Spreuk. 15:30. Pr 15.30 40) leven; Dat is, als een bode des levens, of verkwikking des levens, inzonderheid voor hem, op wien de koning tevoren vergramd was. 41) welgevallen Dat is, gunst en goedwilligheid. 42) spaden regens. Te weten, die zeer aangenaam is, vallende na een lange droogte in de lente om de vruchten te doen zwellen en tot rijpheid te brengen; zie Deut. 11:14. De 11.14
Copyright information for
DutKant