Job 8:14
22) zijn hoop Dat is, het goed dat hij hoopt; hetwelk gezegd wordt een verdriet of walg van den huichelaar te zullen hebben, omdat het hem niet aankomen, maar van hem vlieden zal. Vergelijk Ps. 95:10. Anders, wiens hoop zal afgesneden worden. Ps 95.10 23) een huis Versta, het web der spinnekop, dat zeer zwak en teer is en lichtelijk gebroken wordt. De zin is, gelijk de spinnekop zich niet met haar weg tegen enig geweld kan bewaren, alzo kan de goddeloze zich tegen de straffen Gods met zijn tijdelijke middelen niet beschermen. Job 31:24
40) mijn hoop Alzo is het Hebreeuwse woord genomen boven, Job 8:14; Spreuk. 3:26. Job 8.14 Pr 3.26 Proverbs 25:19
41) Het vertrouwen Hebreeuws, het vertrouwen des trouwelozen; dat is, dat men op een trouwelozen vriend stelt, of dat de trouweloze zelf ergens op heeft in den tijd des noods. 42) [als] Te weten om daarmede te kauwen als men hongerig is. 43) verstuikte Te weten om daarmede te lopen als men weg moet. Het Hebreeuwse woord betekent eigenlijk een voet, die door de verstuiktheid wankelende gemaakt is.
Copyright information for
DutKant