Isaiah 66:24
113) zij zullen henen Te weten de ware ledematen der gemeente, de gelovigen. 114) de dode lichamen Dit kan wel naar de letter genomen worden, gelijk Jes. 34:3, en elders; doch hier kan het ook genomen worden voor zodanigen, die in zonden dood zijn, ofschoon zij leven naar het lichaam, gelijk 1 Tim. 5:6, en Openb. 20:5. Isa 34.3 1Ti 5.6 Re 20.5 115) zien, En zich verblijden vanwege de rechtvaardige straf des Heeren over de goddelozen, zowel in dit als in het toekomende leven. Vergelijk Openb. 12:10, enz., en Openb. 19:1,2, enz. Re 12.10 19.1,2 116) hun worm Christus past deze woorden op de vervloekten in de hel, waar de worm der conscientie niet sterft, maar altijd knaagt, en het vuur van den toorn Gods nimmermeer uitgeblust wordt; Mark. 9:44. Mr 9.44 117) allen vlees Te weten allen uitverkorenen kinderen Gods, of allen anderen creaturen. 118) een afgrijzing wezen. Of, gruwel, of vloek zijn. Het Hebreeuwse woord wordt alleen hier en Dan. 12:2 gevonden. In beide plaatsen wordt er gesproken van hardnekkige zondaars, van wie alle vromen en alle godzalige personen walg hebben. Da 12.2
Copyright information for
DutKant