Genesis 30:11
14) Daar komt Of, daar is een hoop gekomen; dat is, deze zoon, gevoegd bij den voorgaanden, zal een hoop of bende volks uitmaken. In het Hebr. is het een woord, hetwelk uit twee woorden samengevoegd is, alsof men zeide: Hoop komt. 15) Gad. Dat is, hoop, schaar, bende. Jeremiah 7:18
27) kinderen Zij zijn altemaal dol en razende van afgoderij. 28) gebeelde Met afgodische figuren, gelijk enigen het Hebreeuwse woord verklaren. 29) maken Dat is, bakken. 30) Melecheth des hemels, Het Hebreeuwse woord, dat hier in den tekst gelaten is, wordt verscheidenlijk van de geleerden uitgelegd. Sommigen zetten het over: koningin des hemels, waardoor sommigen de maan, anderen enige grote sterren verstaan. Anderen zetten het over: de werken, of het maaksel des hemels; dat is, het ganse uitspansel met al het gesternte. Vergelijk onder Jer. 8:2, en Jer. 19:13, en Jer. 44:17,18,29,25. Jer 8.2 19.13 44.17,18,29,25 31) te offeren, Of, proevende uitgieten, uitstorten. Zie Ps. 16:4. Alzo onder Jer. 19:13, en Jer. 32:29, en Jer. 44:17,18,19, enz. Ps 16.4 Jer 19.13 32.29 44.17,18,19 32) verdriet Of, te tergen, tot toorn te verwekken. Jeremiah 8:2
2) die zij liefgehad, Zon, maan, enz. 3) gezocht Of, raad gevraagd. 4) zij zullen niet De voorzegde beenderen. 5) aardbodem Hebreeuws, op het aangezicht der aarde; dat is op het open land. Jeremiah 19:13
25) met al de huizen, Anders: om, of vanwege. 26) daken Omdat zij plat waren. Zie Deut. 22:8, en onder Jer. 32:29. De 22.8 Jer 32.29 27) heir des hemels Gelijk boven Jer. 8:2. Jer 8.2 28) geofferd Gelijk boven Jer. 7:18. Jer 7.18
Copyright information for
DutKant