Ezekiel 8:10
33) alle beeltenis van kruipende dieren Dat is, van allerlei soort der gedaanten, beeltenissen of gestalten. Het woord alle is dikwijls zo genomen. Zie Gen. 7:14, alzo hier in het volgende. Ge 7.14 34) verfoeielijke Hebreeuws, beesten der verfoeiing; dat is, die verfoeilijk zijn, te weten niet alleen omdat enigen niet mochten gegeten worden, Lev. 11, maar omdat zij allen in het gebruik van hun godsdienstige eer te bewijzen voor God een gruwel waren, Deut. 27:15. De 27.15 35) beesten, Het Hebreeuwse woord betekent viervoetige dieren, niet alleen tamme, maar ook wilde, en voornamelijk die van enige grootte zijn. Zie Gen. 6:7. Ge 6.7 36) drekgoden van het huis Israls, Zie Lev. 26:30. Le 26.30 37) geheel rondom aan den wand Hebreeuws, rondom, rondom. 38) gemaald. Te weten f door schilderij, f door gravering.
Copyright information for
DutKant