Ezekiel 23:3
2) hoereerden in Egypte; Dat is, bedreven afgoderij. Zie Lev. 17:7, en boven Ezech. 20:8, en onder Ezech. 23:8,19, enz. Le 17.7 Eze 20.8 23.8,19 3) jeugd Als Ik hen eerst tot mijn volk aannam; zie Jer. 2:2; Hos. 2:2, met de aantekening. Jer 2.2 Ho 2.3 4) betast. Of, gehandeld. Hebreeuws, zij handelden, of betastten; dat is, men deed het, het werd gedaan. Hun afgodische handelingen worden alzo op verbloemde wijze verhaald. Alzo onder Ezech. 23:8, enz. Anders: bedorven, of verbroken. Eze 23.8
Copyright information for
DutKant