‏ Ezekiel 16:45

130) Gij zijt de dochter uwer moeder,

Dat is, gij aardt naar haar en zijt haar in manieren en werken gelijk.

131) van haar man en van haar kinderen;

Dat is, van God, dien zij door de afgoderij verliet, en van haar eigen zonen en dochters, die zij den afgoden ter ere vermoordde.

132) uwer zusteren,

Genaamd Samaria en Sodom in Ezech. 16:46. Hebreeuws, zuster; dat is, van elke uwer zusters, alzo in het volgende.

Eze 16.46

133) uw moeder was een Hethietische,

Zie boven Ezech. 16:3.

Eze 16.3
Copyright information for DutKant